Veelgestelde vragen asielopvang

Veelgestelde vragen over asielopvang.

Sinds 1 februari 2024 geldt de ‘Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen’, in de volksmond: de Spreidingswet. Dat betekent dat het Rijk beslist over het totale aantal asielzoekers dat elke provincie moet opvangen. Gemeenten hebben een wettelijke taak om asielzoekers op te vangen. Zie Hoe de Spreidingswet werkt op de website van de Rijksoverheid.

De Provincie Utrecht gaat samen met de 26 Utrechtse gemeenten in gesprek over de invulling. Het doel is een eerlijke verdeling over de gemeenten en een duurzame inrichting van de asielketen. Hoeveel asielzoekers een gemeente moet opvangen, hangt af van het inwoneraantal en de economische draagkracht (bekijk de SES-WOA score van wijken). Ons toetsingskader helpt bij deze gesprekken.

Voor 1 november 2024 moet de provincie Utrecht namens de 26 gemeenten een plan inleveren bij het Ministerie. Afstemming over dit plan gebeurt de komende 9 maanden via de PRT (Provinciale Regie Tafel). 

Een asielzoeker is iemand die een ander land om bescherming vraagt. Hij dient dan een asielverzoek in. Het land waar asiel wordt gevraagd, gaat dan na of de asielzoeker valt onder het Vluchtelingenverdrag van de Verenigde Naties. Zo ja, dan heeft de asielzoeker recht op bescherming. Dit heet de asielprocedure. De meeste vluchtelingen in Nederland begonnen dus als asielzoekers. Niet iedere asielzoeker in Nederland krijgt de status van vluchteling.

Krijgt een asielzoekers een verblijfsvergunning, dan wordt hij of zij statushouder. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) koppelt deze statushouder aan een gemeente. Dit is de ‘gemeentelijke taakstelling statushouders’. Elk half jaar geeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties deze opdracht aan elke gemeente. Elke gemeente moet zorgen voor geschikte huurwoningen voor deze statushouders.

Een ontheemde is iemand die gedwongen zijn woonplek heeft moeten verlaten. Bijvoorbeeld door een natuurramp of oorlog. De Oekraïense ontheemden krijgen tijdelijk (vooralsnog tot 4 maart 2025) bescherming in Nederland. Zij vallen namelijk (tijdelijk) onder de Tijdelijke Richtlijn Bescherming van de Europese Unie.  

Een vluchteling is iemand die in zijn thuisland 'gegronde vrees' heeft voor vervolging. Bijvoorbeeld vanwege ras, godsdienst, nationaliteit of politieke overtuiging. Of doordat hij of zij hoort bij een bepaalde etnische of sociale groep. In het eigen land krijgt hij of zij geen bescherming. Deze uitleg komt uit het Vluchtelingenverdrag van de Verenigde Naties.

De gemeente moet alle inwoners van Soest gelijk behandelen. Wel zijn er verschillen in gemeentelijke taken en verantwoordelijkheden per doelgroep. De gemeente moet bijvoorbeeld zorgen voor inburgering van statushouders. Het COA moet een AZC beheren. De eisen aan de opvang en woonruimte zijn ook verschillend. 

Nee, voor Oekraïense ontheemden gelden aparte taakstellingen. Zie Opvang vluchtelingen uit Oekraïne op de website van de Rijksoverheid.

Voor het COA moet een asielopvanglocatie net groot genoeg zijn om het te beheren. Financieel en met bemensing. Ook hangt de grootte af van de doelgroepen die het COA opvangt en van voorzieningen in de wijk. Soms is er een groter AZC in de buurt. Dan kunnen daarvan de faciliteiten gebruikt worden. Als het gaat om tijdelijke woningen, bepaalt de gemeente de grootte van de locatie. Hierbij kijken we wat het best passend is voor de buurt. 

Vijf à tien jaar. Noodopvang is altijd voor een korte periode, meestal anderhalf jaar. Het college wil graag duurzame opvanglocaties realiseren voor de middellange termijn. Zo kan de locatie maatschappelijk goed aansluiten in de buurt. Ook kunnen we rekening houden met de gemeentelijke taken die horen bij de asielopvang.

Als een asielzoeker een verblijfsvergunning heeft gekregen, wordt hij of zij statushouder. Hij of zij verhuist dan naar een woning, mits beschikbaar. Het doel is dat een statushouder in de provincie een woning krijgt (doorgaande lijn). Voor de asielzoekers die nog geen verblijfsvergunning hebben, moeten we nieuwe plekken vinden. Binnen of buiten de gemeente Soest. 

Het COA kijkt altijd of een locatie geschikt is voor de mensen die zij opvangen. Een locatie moet ook passen in de buurt. Hiervoor gebruikt de gemeente het toetsingskader

Dat is geen wettelijke taak voor gemeenten. Er zijn wel pilots in de regio. We onderzoeken of Soest daarbij kan aansluiten.

Iedereen die vlucht voor oorlog, geweld of vervolging heeft recht op onze bescherming. Soms zijn asielzoekers betrokken bij overlast en criminaliteit. Het COA en de overheid doen er alles aan om dit te voorkomen. Tegen mensen die voor overlast zorgen, nemen we strenge maatregelen.

Het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) maakt elk jaar een overzicht van overlast en strafbare feiten door bewoners van AZC’s. In 2022 verbleven 83.000 asielzoekers enige tijd in een opvanglocatie. Hiervan was zeven procent betrokken bij een incident. Drie procent werd verdacht van een strafbaar feit, meestal diefstal. Het ging vooral om jonge mannen uit ‘veilige landen’ zoals Tunesië, Algerije, Marokko en Libië. Vaak met een verslaving of een psychiatrische ziekte. Deze groep maakt weinig kans op asiel. 

De overheid houdt ook elke maand de cijfers bij over in- en uitstroom van asielzoekers. Zie de Kerncijfers Asiel en Migratie.

Elk AZC heeft huisregels. Alle bewoners van een AZC moeten zich hieraan houden. Doen ze dat niet, dan krijgen zij een boete. Het COA kan hun leefgeld inhouden. Als een bewoner de regels meerdere keren overtreedt, kan het COA hem of haar overplaatsen naar een andere (soberder) locatie.

Er zijn asielzoekers die weinig kans maken op een vergunning. Hun aanvraag wil de overheid sneller behandelen. Dat gebeurt in ‘procesbeschikbaarheidslocaties’. Deze opvanglocaties hebben een sober opvangregime. Zo ontmoedigt de overheid asielzoekers met weinig kans op een asielvergunning om naar Nederland te komen.

Het COA moet altijd de beveiliging goed geregeld hebben. De gemeente handhaaft hierop, als vergunningverlener.

De Universiteit Groningen heeft onderzoek gedaan. Meestal zijn mensen die dicht bij een AZC wonen vaak positiever dan mensen die verder weg wonen. Vooral Ter Apel is negatief in het nieuws, omdat deze locatie overvol zit. Ter Apel is echter geen AZC, maar een aanmeldcentrum. 

  • Vluchtelingen die nog in asielprocedure zitten
  •  Vluchtelingen die al een verblijfsvergunning (status) hebben ontvangen. Zij wachten op toewijzing van een woning. 

Bewoners van een azc wonen en leven zelfstandig. Ze doen hun huishouden en brengen hun kinderen naar school. Ze gaan naar gesprekken met de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) het Centraal orgaan Opvang Asielzoekers (COA), Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) en VluchtelingenWerk. Daarnaast bereiden zij zich voor op hun toekomst met programma’s of vrijwilligerswerk op de locatie.

Hoe kan ik mij aanmelden als vrijwilliger bij Kamp van Zeist of het Fletcher Hotel?

In en buiten de opvanglocaties voor vluchtelingen zijn veel vrijwilligers actief. Met eigen initiatieven of vanuit organisaties en bedrijven. Wilt u zich aanmelden als vrijwilliger of heeft u ideeën voor activiteiten? Stuur dan een e-mail naar welkominzeist@meanderomnium.nl (voor Kamp van Zeist) of fmmzsoestfletcherno@coa.nl (Fletcher Hotel). Of neem contact op met Vluchtelingenwerk.

Hoe kan ik in contact komen met het COA?

U kunt terecht bij het COA via telefoonnummer 088-715 70 00 of via info@coa.nl